Zaterdag 4 mei 2002.
Voor het eerst alleen op reis. De treinreis is me maar matig bevallen. Héél lang opgesloten in een bakkie, geen uitzicht, een hoop herrie en allemaal onbekende luchtjes. Bij aankomst eerst het terrein verkend. Ziet er niet slecht uit. M'n nieuwe mens is ook niet onaardig. Er lopen alleen drie grote grommers rond. Weet daar nog geen raad mee. Blijf maar even uit hun buurt. Het eten en drinken is hier prima en de kattenbak is keurig schoon. Ik geloof dat het me hier wel bevalt. 's Avonds heeft m'n nieuwe mens een rotstreek met me uitgehaald. Ze deed eerst de grommers weg en dat beviel me wel. Daarna gingen alle lampen uit en kreeg ik een vaag vermoeden dat het uit was met de pret. Vervolgens heeft ze me in een kooi gezet met wat te eten. Dat eten ging er wel in, alleen....toen kon ik er niet meer uit en was m'n mens verdwenen. Ik heb nog zielig gepiept en toen dat niet hielp, verontwaardigd geroepen. Ook dat hielp niet. Toen ben ik maar eens gaan kijken of ik er zelf uit kon komen. Na goed zoeken vond ik een gaatje van ca. 6x6 cm. Met een beetje moeite ging m'n koppie erdoor, vervolgens kreeg ik er ook een pootje door, helemaal tot aan mijn schouder. En toen verloor ik de houvast onder m'n achterpootjes, daar hing ik dan. Ik kon niet voor- of achteruit en dat vond ik doodeng. Ik heb toen heel hard gekrijst en met m'n poten tegen de kooi geschopt. Gelukkig hoorde m'n mens me en stond ze al heel snel naast me. Toen ze wilde kijken hoe ik vast zat, kreeg ik een vinger van haar te pakken en daar heb ik heel hard in gebeten. Met haar andere hand heeft ze toen m'n bekkie open moeten duwen om weer los te komen. Vervolgens heeft ze me losgeduwd en was ik weer vrij. Ze heeft wel een beetje op me gemopperd, maar ze is niet echt boos geworden omdat ik haar gebeten had. Toch lief van haar. Het fijnste vond ik echter dat ze me uit de kooi haalde. Alle spulletjes die in de kooi zaten, haalde ze er ook uit en deed het deurtje dicht. Toen heeft ze eerst een pleister en jodium gepakt om haar bloedende vinger dicht te plakken. Nadat ze ervan overtuigd was dat ik niks mankeerde, is ze weer weggegaan. Dat vond ik nou niet aardig, maar ik was best moe van de schrik en m'n avontuur, dus ben ik maar gaan slapen. Zondag 5 mei 2002. Toen ik wakker werd was het al licht en heb ik de boel nog eens rustig bekeken. Vond ik in een bakje nog wat brokjes en heb die lekker opgegeten. Daarna de verkenning voortgezet. Vond behoorlijk wat speeldingen en heb me daarmee prima vermaakt. Toen ik moe werd, ben ik een tukkie gaan doen. Werd wakker van gestommel, bleek m'n mens eraan te komen. Die heeft eten klaar gemaakt en aan de grommers gegeven, gelukkig kreeg ik ook een bakje. Daarna heb ik m'n mens geclaimd om niet meer los te laten. Waar zij gaat, ga ik. En als ik haar eventjes niet zie, dan roep ik om het hardst dat ik haar mis en dan komt ze meestal weer heel snel. De dag doorgebracht met spelen en slapen. Van de grommers heb ik niet veel last, als ik maar bij ze uit de buurt blijf. Zodra ze me zien beginnen ze te grommen en te blazen, niks leuk. Toen 's avonds de lampen weer uitgingen en de grommers weg moesten, wist ik dat ze me weer alleen ging laten. Dus overal waar zij ging, rende ik als een gek met haar mee. Helaas heeft ze erg lange benen en kan ze veel grotere stappen nemen dan ik. Ze had de deur al dicht, voor ik er door kon. Even bij de deur zitten piepen en roepen, maar dat hielp niet. Toen maar gaan slapen. Maandag 6 mei 2002. Vanmorgen m'n mens begroet met gepiep en kopjes. Kreeg lekkere brokjes en een boel aaitjes. De grommers durven af en toe heel dichtbij me te komen. Dan blijf ik heel stil zitten. Toch grommen ze uiteindelijk steeds weer tegen mij. Gelukkig doen ze me verder niets. M'n mens vind ik steeds aardiger. Ze aait en kriebelt precies op de juiste plekjes en ze speelt ook regelmatig me me. Als dank heb ik haar gezicht gewassen. Soms kan ik daar niet bij en dan was ik haar vingers. Ik heb m'n mens ook geplaagd vandaag. Ze was de kattenbakken aan het schoonmaken en dat vond ik erg interessant. Dus sprong ik er steeds in om te kijken hoe ze dat deed. Dat vond ze niet zo handig, want dan kon ze niet verder. Dus zette ze me er steeds weer uit. En dat zonder ook maar een beetje boos te worden. Knap van d'r hè? Ook bij het afwassen heb ik steeds in de weg gelopen. Dan nam ze me mee naar de kamer en speelde dan even met me. En net als ik dan de smaak goed te pakken had, ging ze weer verder met de afwas. Uiteindelijk kreeg ze de afwas wel klaar, maar ze heeft er wel heel lang over gedaan. Heb de klimwand ontdekt, hartstikke leuk. In een mum van tijd ben ik bovenin. Alleen durf ik nog niet echt goed naar beneden. Dat doe ik heel voorzichtig. Dinsdag 7 mei 2002. Vandaag visite. Helemaal speciaal voor mij. Ik heb tegen ze geblazen, maar daar waren ze niet van onder de indruk. Ze roken zo vreemd. Heb toen gegromd, maar daar moesten ze erg om lachen. Daar zal ik nog op moeten oefenen, want ik meende het serieus. Ik weet mezelf goed te vermaken, speelgoed genoeg. Jammer dat de grommers niet willen spelen, zou veel leuker zijn. Ze doen al bijna niet meer lelijk tegen me en ze komen ook af en toe aan me snuffelen. Alleen als ik me dan plots omdraai, grommen ze wel even. Bij het slapen gaan niet gezeurd of gepiept. Ik weet nu dat ze terug komt als het licht is. Woensdag 8 mei 2002. Na het eten heb ik twee uur lang het huis op z'n kop gezet. De klimwand was me zo goed bevallen dat ik de gordijnen ook maar eens heb uitgeprobeerd. Dat vond m'n mens niet goed. Ze heeft me er een paar keer uitgeplukt onder het slaken van kreten als "nee" en "foei" en "Zohra dat mag niet". Toen dat niet zoveel indruk op me bleek te maken, haalde ze een rotstreek uit. Ze plukte me uit het gordijn, zei niets, maar blies me hard in het gezicht. Wow, dat had ik niet verwacht. Toen ze me op een stoel zette, ben ik even in elkaar gekrompen. Blijkbaar wordt ze erg boos als ik in de gordijnen klim. Nadat ik beterschap had beloofd, heeft ze lekker met me gespeeld. 's Avonds na het eten heeft Yottum een paar keer een heel voorzichtige poging gedaan om met me te spelen. Magnifiek! Jammer dat hij er zelf steeds weer van schrok. Geeft echter moed en hoop voor de toekomst. Ze zullen me toch wel een keer aardig gaan vinden? M'n mens heeft de kooi afgebroken. Het had toch geen zin meer die te laten staan, terwijl ze me er niet in op kan sluiten. Gelijk heeft ze, opgeruimd staat netjes. Donderdag 9 mei 2002. Quibus heeft uitgebreid aan me gesnuffeld, maar is daarna met haar neus in de hoogte weer weggegaan. M'n mens zei dat ik me er niets van aan moest trekken, zo is ze nou eenmaal. Aan Thia kan ik ook al geen lol beleven. M'n mens ook niet, zei ze. Thia schijnt zich niet lekker te voelen, ze wil al een poosje niet eten. M'n mens pikt dat niet, die voert haar met een spuitje. Dan eet ze wel. Stom beest! Even met Yottum gespeeld, tenminste....als hij dacht dat hij alleen speelde. Ik heb 'm zelfs achterna gezeten en aan z'n staart getrokken. M'n mens kwam niet meer bij van het lachen. Was helaas pret van korte duur, opeens herinnerde hij zich dat ie een grote jongen was en gedroeg zich toen ook weer zo. Nou, ik vermaak me prima met m'n speelgoed. M'n muis doet het prima, de klimwand blijft leuk en de gordijnen zijn opgeknoopt. Dat laatste vind ik wel jammer, maar m'n mens stond erop. Af en toe doe ik een uitval naar de goudvissen en die schrikken zich dan een hoedje. Dat glas zit alleen in de weg en de deksel kan ik ook niet open krijgen. Toch nog eens kijken hoe m'n mens dat doet. Vrijdag 10 mei 2002. Bij het ontbijt kreeg Thia wat blikvoer en dat wou ze wel. Nou, ik ook. Dus ik er op af: gaat ze gewoon blazen naar me! Bovendien zette ze 'm in d'r achteruit, dus dacht ik: hebbes. Greep m'n mens me in m'n nekvel. Ze heeft me met brokjes en al buiten de keuken gezet, dan kon Thia tenminste eten. Belachelijk!! Na het eten heb ik wraak genomen, al dacht m'n mens dat het een ongelukje was. Toen ze de tuin in ging, mochten wij niet mee. Ik ben toen op de grendel gaan staan, zodat die in het slot zakte. Je had haar gezicht moeten zien toen ze weer naar binnen wilde!! Helaas voor ons was de buurvrouw thuis en die gaf haar een trap om over de schutting te klimmen. Ze had ook een sleutel van de voordeur, dus was m'n mens toch vrij snel weer binnen. Ze leert echter snel, want toen ze daarna weer de tuin in wilde, heeft ze ons eerst de keuken uit gejaagd en de keukendeur dicht gedaan. |
Nederlandse Burmezen Club Member of Ocicat Club Holland |